Zoeken in deze blog

vrijdag 17 september 2010

Zot van Elsschot

        50 jaar geleden is hij overleden, één van de grootste schrijvers uit het Nederlandse taalgebied: Willem Elsschot (Alfons de Ridder). Dat het groots gevierd wordt, vooral in Antwerpen, is niet meer dan logisch.
        Mijn eerste kennismaking met Elsschot dateert van jaren geleden. Op school werd uit zijn boeken voorgelezen. Uit “Lijmen” … zijn meestgelezen roman, waarin de hilarische geschiedenis wordt verteld van de advertentiecolporteur Laarmans die met zijn chef Boormans advertenties verkoopt voor een als tijdschrift vermomde reclamebrochure. Eigenlijk is het, zoals Boormans toegeeft alleen maar “bedrukt papier” en hij noemt zichzelf dan ook in een moment van zwakte “ handelaar in bedrukt papier”
        De artikelen in dit “tijdschrift” worden op een sjabloonachtige manier vervaardigd. Als voorbeeld de onsterfelijke standaardzin die steeds, in ontelbare variaties, steeds weer voorbijkomt: bij het nummer dat gaat over een meisjesschool:
“Cette culture donne à la jeune fille, avec une bonté, pleine d’élans vers la religion un savoir faire multiples, un esprit pratique, des connaisaances et un raisonnement que son avenir social nécessite impérieusement”
        Voor een andere meisjesschool wordt dit dan gescrambled tot:
“Cette religion donne à la jeune fille une culture pleine d’élans vers la bonté, de multiples connaissances, un raisonnemten pratique, un savoir faire et un esprit impérieusement nécessités pas son avenir social. ” 
        En zo gaat het maar door. Over een steenhouwers-zaak:
“De tous les matériaux  de l’architecture, le marble est certes celui qui offre les plus admirables ressources au prodigieux et inépuissable thème de la décoration. ”
        Dat wordt een paar nummers later in een artikel over een cementhandelaar hertaald naar:
“De tous les materiaux  de ‘l architecture, celui qui offre au prodigieux et inépuissable  thème de la decoration les plus admirables ressources. ”
        Laarmans ontdekt dat je met die standaardzin vrijwel alles kunt formuleren. Want, zegt Boormans “ […] de opvolging van onze “tous”, “certes”, “prodigieux” , inépuissable” en “admirable”, slaat in als de bliksem, het doet er niet toe wat je er tussen in last: marmer, cement, papier of maarschalk Foch. Probeer maar eens:
”De tous les maréchaux de la grande guerre, le maréchal Foch est certes celui qui offre au prodigieux et inépuissable thème de la gloire national les plus admirables resources. ”
        Later heb ik alles van hem gelezen en ook veel over hem. Hij is me steeds blijven boeien en ik herlees zijn boeken regelmatig. Al zijn romans getuigen van zowel een ongelofelijke soberheid (geen woord teveel) en preciesie (altijd het juiste woord op de juiste plaats) en de thematiek die hij aansnijdt is nu, zo’n tachtig jaar nadat zijn boeken gepubliceerd zijn nog actueel. Op de site van de Digitale Bibliotheek der Nederlandse Letteren zijn Kaas en Tjip digitaal beschikbaar en er zijn daar ook veel links naar documentatie over hem te vinden.
        Vijftig jaar geleden is hij overleden. Een mooi afgesloten leven dat 78 jaar heeft geduurd. Hij heeft een klein, maar mooi oeuvre nagelaten. Op VRT zender Klara valt er veel genieten  voor Elsschotliefhebbers. Journalist Pat Donnez heeft een 9 delige serie gemaakt onder de titel “Zot van Elsschot” die op zondagochtenden in september en october 2010 wordt uitgezonden. Als u dat te laat ontdekt, probeer dan de uitzending eens met de zoekfunctie terug te vinden. http://radio.klara.be/radio/10_home.php Als u geluk heeft is er nog wat te vinden.

Oud-bisschop Gijsen van misbruik beschuldigd

      Zo laat de NRC zich weer van haar seculiere kant zien, was de verzuchting bij ons thuis. Nou hebben ze die Gijsen eindelijk te pakken.
     Maar was het niet gewoon bedoeld om ons te verkneukelen om de positie van die stijve Gijsen? Kreeg het artikel in de krant van 15 september daarom zo'n prominente plaats op de voorpagina, met zo'n grote kop?
      Met de seksschandalen in de RK kerk lijkt De NRC een onuitputtelijke nieuwsbron aangeboord te hebben. Fanatiek zijn ze erin. Maar je vraagt je toch wel eens af of het langzamerhand alleen een kwestie is van “de beerput moet open” of dat de gretigheid waarmee deze krant er met z’n neus boven hangt om de onwelriekende reuk te savoureren ook een aspect van journalistieke zelfbevrediging in zich bergt.
      Ik schrijf dit niet als katholiek, maar als atheïst die geen enkele affiniteit heeft met de RK kerk. Ook voor atheïsten is het een keer genoeg. Moeten we nu wel zo smullen van al die opgerakelde seksschandalen?
      Kan er  – naast medeleven met de slachtoffers – ook niet eens sprake zijn van mededogen met al die jongens die op jonge leeftijd zich geroepen voelden tot een taak van dienstbaarheid in het priesterambt zonder zich bewust te zijn van de kracht van hun libido. Jazeker, de RK kerk treft blaam dat ze al die jaren geprobeerd heeft deze schandalen onder het tapijt te vegen. Een nog veel grotere schuld treft de RK kerk omdat ze het nooit aangedurfd heeft aan de onnatuurlijke toestand van het celibaat een eind te maken. We praten over de Islam als een religie die zich niet openstelt voor verandering: een verstarde religie. Is het met de RK kerk niet hetzelfde, of nog erger?
      Het is goed dat een krant aandacht besteedt aan deze schandalen. Maar het gluurderige gevoel dat spreekt uit een zo prominente plaats; op de voorpagina afdrukken van iets wat – naar de inhoud – best op een binnenpagina had gekund, geeft blijk van een zucht naar sensatie die voor een deftige krant als de NRC misplaatst is. Of is die krant niet meer zo deftig?